Gebed en zalving voor zieken

(Jakobus 5: 13-20)

Wat is een wonder?

Er was eens een vrouw die op zoek ging naar de ware God. Ze reisde de hele wereld af en kwam zo op een dag bij een klooster aan. Daar vroeg ze aan de monniken: kunt u mij vertellen of God ook wonderen doet? Een van de monniken antwoordde toen: Dat hangt er maar vanaf wat u een wonder noemt. Veel menen denken namelijk dat het een wonder is. Als God doet wat mensen vragen. Een wonderlijke genezing bijvoorbeeld. Maar wij hier in het klooster, wij geloven dat het een wonder is als mensen doen wat God vraagt. In de loop van de preek zal wel duidelijk worden waarom ik dit verhaal vertel.

Jakobus

Nu naar Jakobus. Laat iemand die ziek is de oudsten van de gemeente bij zich roepen. Zo beginnen de verzen uit Jakobus. Dat wordt heel nuchter en gewoon benoemd. Er kunnen ook in de gemeente van Christus mensen ziek zijn. Dat is dan niet meteen een gebrek aan geloof of een straf van God.. Maar gewoon de realiteit van onze gebroken wereld: iemand die ziek is

Medicijnen en artsen

Ergens anders schrijft Paulus: Ik heb Trofimus ziek achter gelaten in Milete. Een medearbeider, die onderweg ziek is geworden. Net als Timoteus aan wie Paulus aanraadt om niet alleen water te drinken maar ook wat wijn vanwege zijn voortdurende kwalen. En een van Paulus metgezellen was Lukas die hij ergens de geliefde geneesheer noemt. Hoewel er allerlei genezingswonderen plaats vinden vond ook Paulus het handig en goed een dokter in de buurt te hebben. Ook toegewijde christenen worden ziek. En dan zijn artsen en medicijnen een geweldige zegen.

Dienst van genezing

Maar naast deze nuchtere down to earth benadering is er ook een andere lijn in het bijbelse spreken over ziekte en gezondheid. Van de verhalen die we hebben over Jezus gaat maar liefst 40% over genezing van zieken. Jezus schakelt ook zijn leerlingen hierbij in. Hij zendt ze op weg om te prediken maar ook om geesten uit te drijven en zieken te genezen. En die dienst van genezing zet zich voort nadat Jezus naar de hemel is gegaan. In het boek handelingen komen we steeds opnieuw wonderlijke genezingen tegen. En in die lijn moeten we ook de tekst plaatsen waar we vanmorgen samen bij stil staan.

Drie vragen, drie antwoorden

Onze tekst begint als volgt: Als een van u het moeilijk heeft, laat hij bidden. Is hij vrolijk, laat hij een loflied zingen. Laat iemand die ziek is de oudsten bij zich roepen. Laten ze voor hem bidden en hem met olie zalven in de naam van de Heer.

In moeilijkheden

Als een van u het moeilijk heeft laat hij bidden. Dat moeilijk hebben gaat over moeiten van buitenaf: vervolgingen, tegenslagen, armoede. Daar moet je niet in berusten omdat het eenmaal zo is. Ook niet alles zelf willen oplossen of maar wat doormodderen. Nee, bidden… breng het bij de Heer en Hij zal je helpen…

Met meewind en in ziekte

Is iemand vrolijk? Laat hij lofzingen. Als alles je voor de wind gaat: klop jezelf dan niet op de borst omdat je alles zo mooi voor elkaar hebt gekregen. Maar prijs de Heer voor zijn goedheid en trouw. En als je ziek bent, laat dan voor je bidden en laat je zalven met olie. Drie vragen en drie antwoorden die in dezelfde sfeer liggen. Richt je in alle omstandigheden op de Heer van je leven.

Ziekte

Laat iemand die ziek is de oudsten van de gemeente bij zich roepen. Laten ze voor hem bidden en hem met olie zalven in de naam van de Heer. Het woordje dat Jakobus hier en even verderop gebruikt, is een vrij algemeen woord met een brede betekenis. Het kan betrekking hebben op lichamelijke kwalen. Maar evengoed op psychische zwakheid zoals trauma’s en depressies. Als je daar last van hebt, zegt Jakobus, laat dan voor je bidden en je zalven met olie.

Olie als symbool

Het zalven met olie is in de Bijbel altijd een symbool van de aanwezigheid van de Geest van God die kracht geeft en heelt. Die olie heeft daarmee iets van een sacrament. Zoals de handen die uitgestrekt worden bij een zegen. En verwijzen naar God die zegent. Zoals brood en wijn heenwijzen naar Christus. Zo wijst de olie naar wie er aan het werk is. Niet de persoon die handen oplegt en zalft. Maar de Heilige Geest die mensen zegent, opricht en heelt. Iemand zalven in de naam van de Heer. Daarin klinkt iets door van toewijding en overgave. Van die persoon aan de Heer zelf met ziel, geest en lichaam

Accent op gebed

Wat opvalt is dat Jakobus eerst gebed noemt en daarbij dan ook zalving. Laat iemand die ziek is de oudsten van de gemeente bij zich roepen. Laten ze voor hem bidden en hem met olie zalven in de naam van de Heer. Letterlijk staat er dat de oudsten ‘over’ de zieke zullen bidden. Dat gaat dus om voorbede voor de zieke waarbij ook handoplegging een plaats zou kunnen hebben. Niet de olie zal de zieken redden maar het gelovige gebed. Het is daarom wellicht beter om in plaats van ziekenzalving te spreken over een dienst van gebed, handoplegging en zalving.

Gebed van een rechtvaardige

Even verderop benadrukt Jakobus nog eens het belang van het gebed. Het gebed van een rechtvaardige is krachtig en mist zijn uitwerking niet. Een rechtvaardige, dat is iemand die zijn of haar geloof in de praktijk brengt met vallen en omstaan. Iemand die in al zijn of haar tekortkoming altijd recht tegenover God kan staan en niets verborgen houdt. Zichzelf steeds opnieuw helemaal toewijdt aan God.

Ongedeeld gebed

Eerder sprak Jakobus al over het gelovig gebed dat de zieke zal redden. Dat had hij ook al benadrukt in de eerste verzen van zijn brief: Vraag vol vertrouwen, zonder enige twijfel. Wie twijfelt is als een golf in zee die door de wind heen en weer wordt bewogen. Een gelovig gebed, dat is het gebed van iemand die zich volledig richt op God. Zich helemaal aan hem toevertrouwt. Om echt álles in zijn handen te leggen. Zonder stiekem toch nog van alles in eigen hand te willen houden. Bidden met een ongedeeld hart. Dat wat er ook gebeurt er op wil vertrouwen dat Hij zal geven wat je nodig hebt.

Redden en opstaan

Het gelovige gebed zal de zieke redden en de Heer zal hem laten opstaan. Het gebed en de zalving voor de zieke mag dus gebeuren vanuit de hoop en verwachting dat de Heer in deze weg genezing en heling wil brengen. Het woordje redden dat Jakobus gebruikt, slaat eerst en vooral op redden van de ziekte door genezing. Maar datzelfde woordje wordt ook gebruikt. Als het gaat over gered worden door de dood heen. Over opstaan in een eeuwig leven. Jakobus lijkt heel bewust beide opties open te laten. Je kunt opstaan van je ziekbed. Maar je kunt ook opstaan aan gene zijde van de dood.

Lichamelijk, psychisch, geestelijk

Dat is ook wat er in eeuwenlange ervaring met ziekenzalving is gebeurd en nog altijd gebeurt. Sommigen zieken worden helemaal beter. Anderen hebben met hun ziekte verder moeten leven maar werden als het ware opgericht in hun ziekbed en konden beter en anders omgaan met hun ziek zijn. Hun ziekte domineerde niet langer hun hele leven. In hun ziek zijn ervaarden zij de kracht van de Geest. En nog weer anderen overleden aan hun ziekte maar ontvingen uit de ziekenzalving de kracht en moed die zij nodig hadden om samen met hun geliefden te leren loslaten en zich te verzoenen met het naderende overlijden. Gered worden en opstaan is dus soms heel lichamelijk. In andere gevallen meer psychisch: kracht om met de ziekte om te gaan. En ook geestelijk om in geloofsvertrouwen afscheid te nemen van dit aardse leven.

Beken uw zonden

Jakobus voegt er iets opmerkelijks aan toe: Wanneer de zieke gezondigd heeft zal het hem vergeven worden. Beken elkaar uw zonden en bid voort elkaar. Dan zult u genezen…. Hier wordt een verband gelegd tussen zonden en ziek zijn. Niet op een beschuldigende manier. In de trant van: jij zult wel gezondigd hebben, anders was je niet ziek geworden. Maar meer op de manier van: zouden er dingen in je leven zijn, gedragspatronen, denkbeelden, die de genezende werking van Gods Geest in de weg staan?

Weg vrij voor de Geest

Opvallend is dat Jakobus het hier heel bewust heel breed trekt: Beken elkaar uw zonden en bid voor elkaar. Dat richt hij op de hele gemeente. Binnen het lichaam van Christus zijn we aan elkaar verbonden. En de gedachte is dat als er structureel zaken scheef zitten in de onderlinge verhoudingen, in hoe we met elkaar omgaan, dat dat impact kan hebben tot de geestelijke, mentale en ook lichamelijke gezondheid van gemeenteleden toe. Wat dat laatste betreft zegt Paulus in 1 Corintiërs 11:30 ‘Omdat jullie zo met elkaar omgaan zijn er op dit moment zoveel zwakken en zieken onder jullie.’ Omdat in die gemeenschap de Heilige Geest geblokkeerd werd en niet de ruimte kreeg om haar genezende en helende werk te doen, waren er daar en toen veel mensen ziek.

Appél

In die zin doet het gebruik van ziekenzalving ook een appél op het geheel van de gemeente. Om open, eerlijk, zuiver, geestelijk en kwetsbaar met elkaar om te gaan. En zo ruimte te scheppen voor de helende heilzame werking van Gods Geest. Om jezelf al familiekring rond een zieke en breder ook als gemeente te onderzoeken. Om kwetsbaar en eerlijk te durven zijn. Bitterheid en lauwheid, onverwerkt verleden, onopgeloste conflicten, hoogmoed, materialisme, zelfingenomenheid etc te benoemen en belijden

Ruimte

Waar we met een eerlijk en soms verbroken hart onze hoop vestigen op de genade van God in Christus Jezus in de kracht van de Geest. Daar ontstaat ruimte voor genezing. Goddelijke genezing, naar geest, ziel en lichaam. Wie weet wat we dan ook in onze eigen kring en gemeente voor wonderen van genezing gaan zien. Mentale genezing, sociale genezing, psychische genezing en als God het wil ook lichamelijke genezing. Hem zij de lof, de eer en de dankzegging, nu en tot in eeuwigheid. Halleluja!



Presentatie: